vrijdag 18 april 2025 om 19:00Goede vrijdagVoorganger(s): Liturgiegroep De Kogge, Sluis
GOEDE VRIJDAG 18 maart 2025, 19.00 uur Liturgiegroep: Riet Masclee, Wil Prins, Jos Bakker Organist: Kees van Garderen Toelichting op de bloemschikking: Het kruis ligt op de stenen, een liggend kruis. Tussen de stenen bloeien de rode bloemen die het lijden symboliseren. ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Voorbereiding in stilte Welkom We volgen de liturgie zonder nadere aankondiging lector: Eeuwige, wees ons genadig. Allen: Op u hopen we. lector: Wees onze sterkte, iedere dag, Allen: ook onze hulp in tijd van nood Lied 547: 1, 2, 3, 4 met de boom des levens 1 Met de boom des levens /wegend op zijn rug droeg de Here Jezus /Gode goede vrucht. Kyrie eleison,/ wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen / uit de dood vandaan. 2 Laten wij dan bidden / in dit aardse dal, dat de lieve vrede / ons bewaren zal, Kyrie eleison, / wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen / uit de dood vandaan, Lukas 22: 39-46 (NBV) Verteller lezer [39] Hij vertrok en ging volgens zijn gewoonte naar de Olijfberg. De leerlingen volgden hem. [40] Toen hij daar was aangekomen, zei hij tegen hen: ‘Bid dat jullie niet in beproeving komen.’ [41] En hij liep bij hen weg, tot ongeveer een steenworp ver, en knielde daarna neer om te bidden. Hij bad: [42] ‘Vader, als u het wilt, neem dan deze beker van mij weg. Maar laat niet wat ik wil, maar wat u wilt gebeuren.’ [43] Uit de hemel verscheen hem een engel om hem kracht te geven. [44] Hij werd overvallen door doodsangst, maar bleef bidden; zijn zweet viel in grote druppels als bloed op de grond. [45] Toen hij na zijn gebed opstond en terugliep naar de leerlingen, zag hij dat ze van verdriet in slaap waren gevallen, [46] en hij zei tegen hen: ‘Waarom slapen jullie? Sta op en bid dat jullie niet in beproeving komen.’ Lied 547: 3 want de aarde vraagt ons / om het zaad des doods, maar de hemel draagt ons / op de adem Gods. Kyrie eleison, / wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen / uit de dood vandaan. 1 Lukas 22: 47-53 Verteller lezer [47] Terwijl hij nog sprak, kwam er opeens een horde mensen aan. Voorop liep de man die Judas heette, een van de twaalf; hij ging naar Jezus toe om hem te kussen. [48] Maar Jezus zei tegen hem: ‘Judas, lever je de Mensenzoon uit met een kus?’ [49] Toen degenen die bij hem stonden zagen wat er ging gebeuren, vroegen ze: ‘Heer, zullen we er met het zwaard op los slaan?’ [50] En een van hen sloeg in op de dienaar van de hogepriester en sloeg hem zijn rechteroor af. [51] Maar Jezus zei: ‘Houd daarmee op. Zo is het genoeg!’ Hij raakte het oor aan en genas de man. [52] Tegen de hogepriesters en tempelwachters en de oudsten van het volk die op hem afgekomen waren, zei hij: ‘Als tegen een misdadiger bent u uitgetrokken met zwaarden en knuppels? [53] Dagelijks was ik bij u in de tempel, en toen hebt u geen vinger naar me uitgestoken, maar dit is uw uur, het uur van de macht van de duisternis.’ Lied 547: 4 4 Laten wij God loven, / leven van het licht, onze val te boven / in een evenwicht, Kyrie eleison, / wees met ons begaan, doe ons weer verrijzen /uit de dood vandaan, Lukas 22: 54-62 Verteller lezer [54] Ze grepen hem vast en voerden hem weg, en brachten hem naar het huis van de hogepriester. Petrus volgde hen op een afstand. [55] Ze staken een vuur aan midden op de binnenplaats en gingen eromheen zitten; Petrus voegde zich bij hen. [56] Een dienstmeisje zag hem bij het vuur zitten, keek hem strak aan en zei: ‘Die man hoorde er ook bij!’ [57] Maar hij ontkende het: ‘Ik ken hem niet eens!’ 58] Even later merkte een ander hem op en zei: ‘Jij bent ook een van hen!’ Maar Petrus zei: ‘Welnee man, helemaal niet.’ [59] En ongeveer een uur later zei nog iemand met grote stelligheid: ‘Ja zeker, die man was ook in zijn gezelschap, hij komt immers ook uit Galilea.’ [60] Maar Petrus zei: ‘Ik weet niet waar je het over hebt.’ En op datzelfde moment, terwijl hij nog sprak, kraaide er een haan. [61] De Heer draaide zich om en keek Petrus aan, en toen herinnerde Petrus zich de woorden van de Heer: ‘Nog voor er vannacht een haan heeft gekraaid zul je mij driemaal verloochenen.’ [62] Hij ging naar buiten en huilde bitter. --- Lukas 22: 63-71 [63] De mannen die Jezus gevangenhielden, dreven de spot met hem en geselden hem. [64] Ze blinddoekten hem en zeiden: ‘Profeteer nu maar, wie is het die je geslagen heeft?’ Orgelspel: He was despised, the Messiah van Händel 2 Verteller lezer [65] En ze zeiden nog tal van andere lasterlijke dingen tegen hem. [66] Toen het dag werd, kwam de raad van oudsten van het volk bijeen, hogepriesters zowel als schriftgeleerden, en ze leidden hem voor in hun raadszitting. [ 67] Ze zeiden: ‘Als u de messias bent, zeg het ons dan.’ Maar Jezus antwoordde: ‘Als ik het u zeg, gelooft u mij toch niet. [68] En als ik een vraag stel, antwoordt u toch niet. [69] Maar vanaf nu zal de Mensenzoon gezeten zijn aan de rechterhand van de Almachtige.’ [70] Toen zeiden allen: ‘U bent dus de Zoon van God?’ Hij antwoordde: ‘U zegt dat ik het ben.’ [71] Ze zeiden: ‘Waarvoor hebben we nog getuigenverklaringen nodig? We hebben het immers zelf uit zijn eigen mond gehoord!’ Lukas 23: 1-7 [1] Ze stonden allen op en leidden hem voor aan Pilatus. [2] Daar brachten ze de volgende beschuldigingen tegen hem in: ‘We hebben vastgesteld dat deze man ons volk van het rechte pad afbrengt en de mensen ervan weerhoudt belastingen aan de keizer te betalen en dat hij van zichzelf zegt de messiaanse koning te zijn.’ [3] Pilatus vroeg hem: ‘Bent u de koning van de Joden?’ Jezus antwoordde: ‘U zegt het.’ [4] Daarop zei Pilatus tegen de hogepriesters en de samengeschoolde menigte: ‘Ik vind niets waaraan deze man schuldig is.’ [5] Maar ze bleven hardnekkig beweren: ‘In heel Judea ruit hij met zijn onderricht het volk op, van Galilea tot hier!’ [6] Toen Pilatus dit hoorde, vroeg hij aan Jezus of hij uit Galilea kwam, [7] en toen hij besefte dat hij onder Herodes’ gezag viel, stuurde hij hem naar Herodes, die op dat moment in Jeruzalem verbleef. Lied 558 : 1 1.Jezus, om uw lijden groot, Om uw leven en uw dood Die volbrengen ‘t recht van God, Kyrie eleison. Lukas 23: 8-25 [8] Herodes was bijzonder blij toen hij Jezus zag, want hij wilde hem al heel lang ontmoeten omdat hij veel over hem gehoord had. Bovendien hoopte hij hem een wonder te zien doen. [9] Hij ondervroeg hem uitvoerig, maar Jezus antwoordde hem niet één keer. [10] De hogepriesters en de schriftgeleerden die erbij stonden, brachten zware beschuldigingen tegen hem in. [11] Hierop begonnen Herodes en zijn soldaten Jezus te honen, en ze dreven de spot met hem door hem een pronkgewaad om te hangen. Zo stuurde hij hem terug naar Pilatus. [12] Op die dag werden Herodes en Pilatus vrienden, terwijl ze altijd elkaars vijanden waren geweest. [13] Pilatus riep de hogepriesters en de leiders en het volk bij zich [14] en zei tegen hen: ‘U hebt die man voor mij gebracht als iemand die het volk van het rechte pad afbrengt, maar u weet dat ik hem, toen ik hem in uw bijzijn verhoorde, aan geen van de zaken waarvan u hem beticht schuldig heb bevonden. [15] En Herodes evenmin, hij heeft hem immers naar ons teruggestuurd; hij heeft niets gedaan waarop de doodstraf staat. 16] Dus zal ik hem vrijlaten, nadat ik hem heb laten geselen.’ [18] Maar ze begonnen met zijn allen luidkeels te schreeuwen: ALLEN: ‘Weg met hem! Laat Barabbas vrij!’ 3 [19] Deze laatste was gevangengezet wegens een oproer dat in de stad had plaatsgevonden en wegens moord. [20] Pilatus praatte opnieuw op hen in omdat hij Jezus wilde vrijlaten. [21] Maar ze schreeuwden het uit: ALLEN: ‘Kruisig hem, kruisig hem!’ [22] Voor de derde maal zei hij tegen hen: ‘Wat voor kwaad heeft die man dan gedaan? Ik heb niets gevonden waarvoor hij de doodstraf verdient. Dus zal ik hem vrijlaten, nadat ik hem heb laten geselen.’ [23] Maar ze bleven luidkeels eisen dat hij gekruisigd zou worden, en met hun geschreeuw wonnen ze het pleit: [24] Pilatus besloot hun eis in te willigen. [25] Hij liet de man gaan die wegens oproer en moord gevangen was gezet en om wiens vrijlating ze hadden gevraagd, en leverde Jezus uit aan hun willekeur. Lied 558 : 6 6.Om het zwijgen, het geduld, waarmee Gij de wet vervult, als men vrucht'loos zoekt naar schuld, Kyrie eleison. Tekst, Peer VerhoevenZolang hij ver weg ongevaarlijk ergens rondliep in Galilea en zich ophield met onnozele vissers straatvolk en mensen niet in tel – zolang mocht hij doen wat hij kon en zeggen wat hij wou. Maar toen hij opdook in de stad zich meldde bij tempel en paleis, bij macht en gezag onverschrokken op de stoep stond en alle gewinkel met God en gebod in Vaders naam aan de kaak stelde – toen was de maat vol, zijn lot beslist. God en Goed bewieroken met een jubellied toezingen in woord en gebaar vroom vieren – mág, er wordt niet anders verwacht. Maar wie Hem aanwijst in mensen verlamd en overschreeuwd in vluchteling en vreemde in de hoek waar de klappen vallen – die knaagt aan het geweten en wordt een stoorzender, lastige horzel; voor ketter en godslasteraar uitgemaakt. Zo een riskeert een schijnproces, waarvan de afloop bij voorbaat bekend. ----- 4 Lied 558 : 7 7.Om het woord van godlijk rechtdat Gij tot uw rechters zegt,zelf hebt Ge uw geding beslecht,Kyrie eleison.Lukas 23: 26-32Verteller lezer [26] Toen Jezus werd weggeleid, hielden de soldaten een zekere Simon van Cyrene aan, die net de stad binnenkwam. Ze legden het kruis op zijn rug en lieten het hem achter Jezus aan dragen. [27] Een grote volksmenigte volgde Jezus, evenals enkele vrouwen die zich op de borst sloegen en over hem weeklaagden. [28] Jezus keerde zich echter naar hen om en zei: ‘Dochters van Jeruzalem, huil niet om mij. Huil liever om jezelf en je kinderen, [29] want weet, de tijd zal aanbreken dat men zal zeggen: “Gelukkig wie onvruchtbaar is, gelukkig de moederschoot die niet gebaard heeft en de borst die geen kind heeft gezoogd.” [30] Dan zullen de mensen tegen de bergen zeggen: “Val op ons neer!” [31] Want als dit gebeurt met het jonge hout, wat zal het verdorde hout dan niet te wachten staan?’ [32] Samen met Jezus werden nog twee anderen, beiden misdadigers, weggeleid om terechtgesteld te worden. Lied 558 : 8 8.Om de doornen van uw kroon, om de gees'ling en de hoon, roepen wij, o Mensenzoon, Kyrie eleison. Lukas 23: 33-37 [33] Aangekomen bij de plek die de Schedelplaats heet, werd hij gekruisigd, samen met de twee misdadigers, de een rechts van hem, de ander links. [34] Jezus zei: ‘Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen.’ De soldaten verdeelden zijn kleren onder elkaar door erom te dobbelen. [35] Het volk stond toe te kijken. De leiders hoonden hem en zeiden: ALLEN: ‘Anderen heeft hij gered; laat hij nu zichzelf redden als hij de messias van God is, zijn uitverkorene!’ [36] Ook de soldaten dreven de spot met hem, ze gingen voor hem staan en boden hem zure wijn aan, [37] terwijl ze zeiden: ALLEN: ‘Als je de koning van de Joden bent, red jezelf dan!’ Lied: ps. 22 : 1 en 4 1.Mijn God, Mijn God, waarom verlaat Gij mij
en blijft zo ver, terwijl ik tot U schrei, en redt mij niet, maar gaat aan mij voor bij? Hoe blijft Gij zwijgen? Mijn God, ik doe tot U mijn kreten stijgen bij dag, bij nacht. Tot U slechts kan ik vluchten, maar krijg geen rust, geen antwoord op mijn zuchten in klacht op klacht. 4.Gij die mijn ogen 't levenslicht ontsloot, mij hebt geroepen uit de moederschoot, mij aan mijn moeders borst een rustplaats bood, voor kwaad beveiligd, Gij hebt mij U ten eigendom geheiligd. Gij, die alleen mijn God zijt en mijn Vader, blijf mij niet ver, want nu het onheil nadert helpt mij niet een. 5
Lukas 23: 38-46 Verteller lezer [38] Boven hem was een opschrift aangebracht: ‘Dit is de koning van de Joden’. [39] Een van de gekruisigde misdadigers zei spottend tegen hem: ‘Jij bent toch de messias? Red jezelf dan en ons erbij!’ [40] Maar de ander wees hem terecht met de woorden: ‘Heb jij dan zelfs geen ontzag voor God nu je dezelfde straf ondergaat? [41] Wij hebben onze straf verdiend en worden beloond naar onze daden. Maar die man heeft niets onwettigs gedaan.’ 42] En hij zei: ‘Jezus, denk aan mij wanneer u in uw koninkrijk komt.’ [43] Jezus antwoordde: ‘Ik verzeker je: nog vandaag zul je met mij in het paradijs zijn.’ [44-45] Rond het middaguur werd het donker in het hele land doordat de zon verduisterde. De duisternis hield drie uur aan. Toen scheurde het voorhangsel van de tempel doormidden. [ 46] En Jezus riep met luide stem: ‘Vader, in uw handen leg ik mijn geest.’ Toen hij dat gezegd had, blies hij de laatste adem uit. De Paaskaars wordt gedoofd We zijn stil Lukas 23: 47-49 [47] De centurio zag wat er gebeurd was en loofde God met de woorden: ‘Werkelijk, deze mens was een rechtvaardige!’ [48] De mensen die voor het schouwspel samengekomen waren en de gebeurtenissen hadden gadegeslagen, keerden terug naar huis, terwijl ze zich op de borst sloegen. [49] Alle mensen die Jezus gekend hadden waren op een afstand blijven staan, ook de vrouwen die hem vanuit Galilea gevolgd waren en alles hadden zien gebeuren. Lied: 590: 1 , 2, 3 en 4 Nu valt de nacht 1.Nu valt de nacht.
Het is volbracht: de Heer heeft heel zijn leven voor het menselijk geslacht in Gods hand gegeven. 2.De wereld gaf Hem slechts een graf, zijn wonen was Hem zwerven; al zijn onschuld werd Hem straf en zijn leven sterven. 3.Hoe slaapt Gij nu, die men zo ruw aan 't kruishout heeft gehangen. Starre rotsen houden U, rots des heils, gevangen. 4.'t Is goed, o Heer, Gij hoeft de eer van God niet meer te staven. Leggen wij ons bij U neer, in uw dood begraven. Lukas 23: 51-53 51 Er was ook een man die Josef heette en afkomstig was uit de Joodse stad Arimatea. Hij was een raadsheer, een goed en rechtvaardig mens, die de komst van het koninkrijk van God verwachtte en niet had ingestemd met het besluit en de handelwijze van de raad. 52Hij ging naar Pilatus en vroeg hem om het lichaam van Jezus. 53Nadat hij het lichaam van het kruis had gehaald, wikkelde hij het in linnen doeken en legde het in een rotsgraf dat nog nooit was gebruikt. Gebeden onder het kruis 6 Onder het kruis van Jezus Christus zien wij ons eigen hart aan en bidden wij: Dat wij Hem niet voorbijgaan Met al wat onszelf in beslag neemt. Dat wij Hem niet alleen laten In het bloed en de tranen van zovelen. Dat wij Hem niet verloochenen Door alleen te leven voor onszelf. Dat wij Hem niet verraden Met heel onze hang naar hebben en houden. Dat wij Hem niet kruisigen met al ons gebrek aan ontferming over wie – vandaag nóg- worden voorbijgegaan, verlaten, verloochend en verraden, gemarteld en vermoord omdat Hij de nacht van de wereld op zich genomen heeft is het in zijn naam dat wij bidden tot U, God Lied 576: 1, 2 o hoofd vol bloed en wonden 1.O hoofd vol bloed en wonden,
bedekt met smaad en hoon, o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon, o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag, hoe lijdt Gij nu zo deerlijk Ik groet U vol ontzag 2. O hoofd zo hoog verheven, o goddelijk gelaat, waar werelden voor beven, hoe bitter is Uw smaad! Gij, eens in 't licht gedragen, door engelen omstuwd, wie heeft U zo geslagen gelasterd en gespuwd? Avondgebed In uw handen, o Heer mijn God beveel ik mijn geest Allen: IN UW HANDEN, O HEER MIJN GOD BEVEEL IK MIJN GEEST U, o Heer, die ons verlost hebt, God in waarheid Allen: BEVEEL IK MIJN GEEST Bewaar ons als uw oogappel, Heer Allen: VERBERG ONS IN DE SCHADUW VAN UW VLEUGELS In stilte gaan we naar buiten 7 |
terug |
Datum | Locatie Voorganger |
1 juni 10:00 |
Mariakerk Ds. M. van Manen |
8 juni 10:00 |
Pinksteren Mariakerk Ds. V. Dees Eligiuskerk Ds. J. Ende Dhr. van R. Quekelberge Leden WOO |
11 juni 14:30 |
Rozenoord Mevr. Reijnhoudt |
13 juni 16:00 |
WZC Stelle Mevr. de Winter |
15 juni 10:00 |
De Kogge Mevr. Reijnhoudt |
22 juni 10:00 |
Open Haven Mevr. Reijnhoudt |
25 juni 14:30 |
Rozenoord Mevr. Reijnhoudt |
27 juni 16:00 |
WZC Stelle Mevr. Smallegange |
29 juni 10:00 |
Open Haven Ds. G. van 't Slot |
6 juli 10:00 |
Mariakerk Ds. V. Dees |